maandag 16 oktober 2017

Zelfcompassie


‘Wees jezelf, er zijn al genoeg anderen’ Een tegeltje in ons toilet en jarenlang de uitspraak die achterop mijn visitekaartje stond. Maar, wat betekent dat eigenlijk, jezelf zijn? Weet je wel wie je bent? En, mag je jezelf wel zijn als dat inhoudt dat je een ander teleur stelt? Is het niet beter om voor de lieve vrede soms een betere (ook al is het een surrogaat) versie van jezelf te laten zien?

Afgelopen weekend bezocht ik een kloosterweekend. Een weekend van vaart minderen, stil worden en thuiskomen bij God én mezelf. Heel bewust had ik gekozen om er alleen naar toe te gaan. Ik kende een paar mensen van gezicht, maar verder niet. Even geen verwachtingen van anderen, geen mensen voor wie ik iets moet betekenen of voor wie ik wil zorgen.

Omarm jezelf


In de zaal waar onze gezamenlijke activiteiten plaatsvinden staat een tafel met wat boeken. Sommige ken ik van naam of heb ik gelezen. Andere boeken spreken me niet aan of blader ik snel even door. Dan valt mijn oog op een klein boekje: ‘Omarm jezelf, de weg naar zelfcompassie’ (Gijs Jansen). Gedurende het weekend lees ik het boek uit. Er staat veel in om over na te denken en het sluit aan bij het thema waar ik de afgelopen tijd mee bezig ben: Grenzen stellen, van mezelf houden net zoveel als ik van die ander houdt, nee zeggen, ruimte innemen.

Op zaterdagmiddag doen we een beeldmeditatie bij het prachtige schilderij van de barmhartige vader, of ook wel de verloren zoon genoemd. Terwijl Lenie op de achtergrond vertelt over het schilderij en over Henri Nouwen die er jaren over gemediteerd heeft, laat ik het beeld opnieuw op me inwerken. Vorig jaar heb ik deze meditatie ook gedaan. Maar ach, zo denk ik, als Henri Nouwen er een paar jaar naar heeft gekeken en over nagedacht heeft, kan ik er best twee keer een half uur naar kijken.

Handen en voeten



Er treffen mij een paar dingen in het schilderij. Gek genoeg zijn dat weer andere dingen dan vorig jaar. Als eerste valt mijn oog op de handen van de Vader die op de rug van zijn zoon liggen. Zijn zoon, thuisgekomen nadat hij zijn deel van de erfenis heeft uitgegeven aan feesten en partijen. De handen van de Vader troosten hem, koesteren hem, hij omarmt zijn zoon en kalmeert hem. Misschien heeft hij wel over zijn rug gewreven.

Als ik mijn ogen verder over het schilderij laat gaan word ik geraakt door de voeten van de verloren zijn. Zijn schoenen zijn zo goed als stukgelopen. Stukgelopen door zichzelf... omdat hij zelf zo goed wist wat hij wilde met zijn leven. Hij ging zijn eigen verlangen achterna en was ervan overtuigd dat hij het zou gaan maken. Als je geld hebt, heb je alles. Zo was hij op pad gegaan. Hij had er ruimschoots van geleefd en plezier mee gemaakt. Hij heeft vast veel vrienden gehad die allemaal wel wat van hem wilden. Ze profiteerden van hem. Tot het geld op was en hij niemand meer over hield. Hij kwam terecht in een varkensstal en was zelfs jaloers op het voer van de beesten. Dan komt hij tot zichzelf en krijgt berouw. Hij keert vol berouw terug naar huis. Naar huis, waar vader al op de uitkijk staat...

De vader wil de woorden van berouw niet eens horen. Hij heeft geen behoefte om hem te straffen, hij wil slechts vieren dat zijn zoon weer thuis is! En als zijn zoon voor hem neerknielt legt hij zijn handen op zijn rug. Kom maar kind, je bent welkom.

Zelfcompassie


Ik denk na over het schilderij, en over mezelf. Ergens durf ik misschien nog wel te geloven dat God mij ziet en aanvaardt en liefheeft zoals ik ben (ook al heb ik zwakke momenten, maak ik fouten en is zitten er best wat scherpe kantjes aan mijn karakter). Maar kan ik zo ook naar mezelf kijken? Zo mild, met ogen vol genade? In het boekje ‘omarm jezelf’ staat: ‘De strengste baas die we ooit zullen hebben zit in ons hoofd’. Ik herken het. Die innerlijke kritische, veroordelende stem die altijd om de hoek komt om mij af te straffen. Het tegenovergestelde van zelfcompassie. Herken jij dat? Dat je dingen denkt zoals:

  • Dat gaat mij nooit lukken!
  • Stommeling, waarom zeg ik dat nou ook?
  • Ik ben niet goed, leuk, aardig, vriendelijk genoeg.
  • Waarom heb ik niet beter mijn best gedaan?
  • Ik schiet tekort.
  • Ik had veel meer moeten doen.
  • Ze zien me aankomen...
  • Niemand zit op mij te wachten.
  • Ik ben lelijk.
  • Ik ben niet geestelijk genoeg.

Schuldgevoel


Het resultaat van een stevige innerlijke kritische stem is schuldgevoel. En je gaat nog beter je best doen om je beter voor te doen (ofwel: om je anders voor te doen dan je bent). Het gevolg daarvan is dat je gegarandeerd weer ergens faalt en je je nog schuldiger voelt. We hebben een strenge verwachting van onszelf waar we nooit aan gaan voldoen. We gaan gebukt onder onze eigen gemaakte hoge lat. We bedenken wat anderen van ons verwachten en proberen daar aan te voldoen. Je hebt geen last van wie je bent, maar van wie je van jezelf moet zijn.

Een tijdje terug las ik een verhaaltje:
‘Een boer gaat elke maand met zijn ezeltje naar de markt in de grote stad. Op een dag vraagt zijn zoon van tien of hij mee mag. De boer stemt toe, met enige twijfel, want het is best ver lopen. Hij pakt zijn ezel vol graan en gaat op weg. Eenmaal onderweg komt hij een vreemde tegen die hem aanspreekt: ‘Laat jij je zoon de lange weg naar de markt te voet afleggen? Waar heb jij een ezel voor?’ De boer trekt zich de kritiek aan en zet zijn zoon op de ezel. Een tijdje later komt er een vrouw op hen afgestormd: ‘Jij dierenbeul! Zo’n gewicht kan die ezel toch nooit dragen!’ De boer haalt zijn zoon van de ezel, zet hem op zijn schouders en vervolgt zijn weg. Als ze vlakbij de stad zijn komen ze een collega-boer tegen. Die zegt: ‘Hoe wil jij dat je zoon je voetsporen volgt? Als je hem zo verwent, leert hij nooit op eigen benen te staan.’ Nu is de boer boos. Hij zet zijn zoon weer naast hem op het pad en denkt: wat ben ik toch dom als ik denk iedereen tevreden te kunnen stellen.’

Vijand


Als je veel last hebt van die kritische innerlijke stem (waar ik niet je geweten mee bedoel overigens), dan kom je weinig aan zelfcompassie toe. Eigenlijk ben je een vijand van jezelf. Je slaat en straft jezelf steeds weer.

Nu is er een hele mooie manier om te voorkomen dat de vijand je slaat... Omarm hem! Als je je vijand omarmt kan hij je niet slaan!

Dat is het begin van zelfcompassie. Dat je jezelf omarmt met alles wat je doet en bent. De mooie en minder mooie kanten. De prachtige eigenschappen en alles wat je niet kunt uitstaan van jezelf. De mooie delen van je lichaam, maar ook die delen die je verfoeit.

Het is zoals het is. Het hoort er allemaal bij. In plaats van de te hoge irreële verwachtingen, de realiteit onder ogen zien. Het begint met een keuze. Een keus om te accepteren dat we niet perfect zijn in alle opzichten. Dat we goede en mindere kanten hebben. Dat we niet altijd en voor iedereen kunnen klaarstaan. Dat we grenzen hebben en beperkingen. Ofwel, maak een begin met jezelf te zijn, en niet de opgepoetste versie van jezelf.

Arrogant?

Ja, maar is het niet arrogant om zo naar jezelf te kijken en over jezelf te praten? Arrogantie is iets heel anders. Dan zet je jezelf boven die ander en vind je jezelf beter. Als jij met meer zelfcompassie met jezelf omgaat, zal dat ook compassie voor anderen bewerken. Want als jij jezelf kunt zien met fouten en gebreken, kun je die van een ander ook een stuk makkelijker accepteren.

Heb je naaste lief... als jezelf...

Omarm jezelf zoals God jou omarmt. Zoals de vader zijn thuisgekomen zoon omarmde. Je hoeft je niet te verantwoorden, je mag thuiskomen. Bij God en bij jezelf.


Wil je ook een kloosterweekend bijwonen? In het voorjaar van 2018 is er weer één. Kijk voor meer informatie op www.aandachtigleven.nu/weekenden
Het boek waar ik over schrijf is: 'Omarm jezelf' (Gijs Jansen). Het is een praktisch boek met opdrachten waardoor je zelf met het thema aan de slag kan.

3 opmerkingen:

  1. Deze reactie is verwijderd door de auteur.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dank je wel voor deze blog! Weet je wat mij zo heeft geraakt in het schilderij van de Verloren zoon? De handen van de Vader. De handen zijn verschillend. De één is een mannelijke hand en de ander een vrouwelijke. God wil ook troosten zoals een moeder dat zou (moeten) doen...God wil ook als een moeder voor ons zijn! Groet, M.S.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Wow, Marjanne... ik zie het! Wat prachtig. Dank je wel voor het delen hiervan!

      Verwijderen